'Iedere ondernemer is uniek, dus controle vereist altijd maatwerk'

Marco, vakgroepcoördinator controle

15 mei 2024

Toen Marco aan het begin van de jaren tachtig klaar was met zijn vwo en dienstplicht wist hij één ding zeker: hij wilde werken met cijfers. Bij de Belastingdienst kon hij werken en leren tegelijkertijd. En nu, vele jaren en interessante functies later, zit hij er nog steeds op zijn plek.

Waarom heb je destijds voor de Belastingdienst gekozen?

‘Nadat ik open sollicitaties had verstuurd ben ik gaan praten bij verschillende accountancy-advieskantoren en de Belastingdienst. Allemaal interessante gesprekken, maar bij de Belastingdienst begon mijn hart pas echt sneller te kloppen. Allereerst vanwege de autonomie. Binnen bepaalde kaders kun je hier als specialist heel veel zelf beslissen. Dat perspectief zag ik niet bij de grote advieskantoren, zeker niet in het begin. Daarnaast had ik ervoor als militair gediend en het voortzetten van werken bij de overheid leek me wel wat; de Belastingdienst staat toch midden in de maatschappij. Ook de doorgroeimogelijkheden trokken me. In al die jaren ben ik doorgegroeid van controlemedewerker naar controlecoördinator, en van vaktechnisch aanspreekpunt naar vakgroepcoördinator. Als ik op zoek was naar een nieuwe uitdaging, kon ik altijd zó een nieuw pad inslaan.’

Wat doe je precies in jouw rol?

‘Jaarlijks doen we bij de Belastingdienst zo’n 9.000 boekenonderzoeken, waarvan zo’n tien procent vanuit kantoor Utrecht. Als vakgroepcoördinator controle bewaak ik de kwaliteit van het controleproces en beantwoord ik vragen van mijn collega’s over deze onderzoeken. Een voorbeeld: laatst zat een controlemedewerker met een onderzoek waarbij de ondernemer plotseling was overleden. Bij zulke kwesties is de menselijke maat altijd leidend – kunnen we het onderzoek verplaatsen of anders inrichten, zodat het voor de nabestaanden zo eenvoudig mogelijk wordt?

Daarnaast geef ik als vakgroepcoördinator les aan accountants en controlemedewerkers bij de Belastingdienst. Over controletechnieken, tooling, samenwerken en de dialoog aangaan met ondernemers. Ik blijf ook zeker niet in mijn theoretische toren hangen en ga geregeld mee met gesprekken bij ondernemers. Mensen ontmoeten vind ik het mooiste aan mijn werk – van collega’s, zzp’ers en specialisten bij multinationals tot advocaten en fiscaal adviseurs.’

Hoe draag jij bij aan het functioneren van burgers en bedrijven, en daarmee het hele land?

‘We hebben in Nederland zo’n 1,5 tot 2 miljoen ondernemers die we steekproefsgewijs controleren. Daar zit natuurlijk niet iedereen op te wachten, dus wat ondernemers zeker helpt is als we dit op een zo duidelijk en transparant mogelijke manier doen. En daar kom ik om de hoek kijken: ik leer mijn collega-accountants en -controlemedewerkers hoe zij die onderzoeken moeten opbouwen, een inleidend gesprek met een ondernemer moeten aanpakken en verschillende administraties moeten beoordelen. Deze beoordeling gaat volgens de Controleaanpak Belastingdienst en ons Handboek Controle, maar iedere ondernemer is uniek en dit vereist altijd maatwerk. Daarom krijgt de controlemedewerker ook de ruimte en vrijheid om binnen de geschetste contouren het onderzoek uit te voeren. Uiteindelijk willen we dat ondernemers langs een rechtvaardige weg hun belastingen kunnen afdragen en een bijdrage kunnen leveren aan iets voor ons allemaal; van zorg en onderwijs tot cultuur en nieuwe wegen.’